Waterschappen hebben niets van doen met het water uit de kraan

De bodem daalt, de zeespiegel stijgt en dat terwijl een groot deel van Nederland al onder zeeniveau ligt. Gevaar van overstromingen ligt op de loer. Omdat water in ons land zo’n belangrijke rol speelt, is al in 1255 het eerste waterschap in het leven geroepen. Elk huishouden in Nederland betaalt waterschapsbelasting voor het werk van de waterschappen. Geld dat dus is bedoeld voor waterbeheer. Er zijn keuzes te maken in de manier waarop dat geld besteed wordt. Daarom is het belangrijk dat iedereen op woensdag 20 maart naar de stembus gaat en zijn stem laat horen. In het kader van deze verkiezingen interviewt De Ster drie kandidaten die in het gebied Kralingen-Crooswijk wonen en verkiesbaar zijn voor het Hoogheemraadschap Schieland en de Krimpenerwaard: Maaike Slingerland (VVD, nr. 2), Wim van Heemst (PvdA, nr. 1) en Jacques la Croix (CDA, nr. 6).

Taken waterschap
In Nederland zijn 21 waterschappen, waarvan Hoogheemraadschap Schieland en de  Krimpenerwaard er één is. Een waterschap houdt zich bezig met de veiligheid, kwaliteit en kwantiteit van het oppervlaktewater. Met andere woorden: het water moet schoon zijn, de dijken moeten veilig zijn en de waterstand moet goed beheerd worden, onder andere in tijden van langdurige droogte, zoals afgelopen zomer maar ook bij hevige buien. Het waterschap heeft niets van doen met water uit de kraan, wat in de bijgeleverde folder bij het stembiljet wel wordt gesuggereerd. Drinkwater wordt geleverd en gezuiverd door het waterbedrijf Evides.

Organisatiestructuur
Bij de waterschapsverkiezingen wordt gestemd op een nieuw algemeen bestuur. Dit bestuur bestaat uit dertig leden, verdeeld over acht partijen. Het algemeen bestuur bepaalt het beleid en controleert het dagelijks bestuur. Tweederde van het aantal leden dat het algemeen bestuur vormt, kan gekozen worden. De overige zetels, de zogenaamde geborgde zetels, worden ingevuld door natuurbeheerders (gekozen door Vereniging van Bos- en natuurterreineigenaren), landbouwers (organisaties van agrarische ondernemers) en bedrijven (benoemd door de Kamer van Koophandel). “Zo’n 10% van het bestuur komt nu wel uit het gebied Kralingen-Crooswijk”, lacht La Croix van het CDA, “maar dat is zuiver toeval”.

De huidige organisatiestructuur staat de laatste jaren ter discussie. Dit vanwege de vele uiteenlopende belangen (economische, stedelijke, agrarische en natuurlijke) waar het waterschap rekening mee moet houden. Van Heemst (PvdA) vindt de invloed van de agrariërs en het bedrijfsleven te groot en vindt dat de belangen van de stad in de huidige tijd meer naar voren moeten komen. Van oudsher was het waterschap echt een boerenorganisatie, maar dat is niet meer van deze tijd vindt Van Heemst. “De leden van het waterschap zouden veel meer een afspiegeling van de samenleving moeten zijn. Steden zijn sinds de oprichting van het waterschap enorm gegroeid. Met het oog op klimaatveranderingen stijgen bovendien de belangen van mensen in de steden. De schade na een hoosbui is in de stad enorm.” Hoewel het CDA van oudsher sterk vertegenwoordigd is in de regio, sluit La Croix zich aan bij Van Heemst. “Wij staan ook zeker voor het stedelijk gebied. De funderingsproblematiek en de waterberging van het oppervlaktewater maken een bredere focus noodzakelijk”. Ook de VVD is voorstander van een evenwichtigere belangenbehartiging. “De huidige structuur was vroeger prima, maar of deze structuur nu nog meerwaarde heeft, is de vraag.” Voorstanders van de huidige structuur geven aan dat er belangrijke specialistische kennis verloren gaat als het proces democratischer wordt. Volgens Slingerland (VVD), zelf procesbegeleider bij funderingsproblematiek, zit er in de politieke partijen echter genoeg kennis en ervaring om een eventueel kennisgat op te vangen.

Innovatie
De waterbeheersing mag in Nederland dan goed geregeld zijn, het schort nogal eens aan het waterbewustzijn. Zo stijgt de hoeveelheid farmaceutische stoffen in het oppervlaktewater al jaren. Dit is te verklaren door de vergrijzing. Steeds meer mensen gebruiken medicijnen en die komen via hun ontlasting in het rioolwater terecht. Ook het aantal drugsresten in het rioolwater stijgt. Iets wat de kwaliteit van het water niet ten goede komt. Waterzuiveringsinstallaties om dergelijke stoffen uit het water te filteren zijn er (nog) niet. Innovatie op dit gebied is dus noodzakelijk. Maar dan rijst de vraag: Wie gaat dat betalen? Slingerland (VVD): “Wij zijn voor het concept dat de vervuiler betaalt. Ook innovatie is noodzakelijk, maar de kosten moeten wel opwegen tegen de baten.” Van Heemst (PvdA) ziet het liefst dat de vervuiler betaalt en of dat nou de ziekenhuizen zijn of dat het de landbouw is, dat maakt niet uit: “Als er niets verandert, draait de burger voor de kosten op.” La Croix (CDA) denkt dat differentiatie naar vervuiler lastig is. “Sommige vervuilers zijn makkelijker te lokaliseren en moeten nu al naar evenredigheid daarvoor betalen of daar maatregelen voor nemen, denk aan ziekenhuizen.” Hij noemt de huidige verdeling van de waterschapsbelasting “best evenwichtig”. “Het is een stukje solidariteit, want ook de stad kan niet zonder de natuur en de bedrijven.”

Van links naar rechts Wim van Heemst, Maaike Slingerland en Jacques la Croix, afgelopen week geïnterviewd in Café Restaurant De Tuin aan de Kralingse Plas.

Kralingse Plas
Een lokaal probleem waar het waterschap zich om bekommert is de Kralingse Plas. Al jaren worstelen de gemeente Rotterdam en het Hoogheemraadschap Schieland en de Krimpenerwaard met de aanpak van blauwalgen in de plas. Er is al heel wat geld in de zuivering van de plas gestoken, maar tot nu toe zonder succes.

Volgens Slingerland heeft de grote afvaardiging uit Kralingen-Crooswijk er in het coalitieakkoord de afgelopen 4 jaar voor gezorgd dat de blauwalgen in de Kralingse Plas één van de speerpunten van het waterschap is geworden. Dit heeft ertoe geleid dat de gemeente en de Provincie Zuid-Holland hebben toegezegd samen met het waterschap wederom te investeren in de Kralingse Plas om zo een gezonde waterkwaliteit te bewerkstelligen. Er wordt echter gevreesd voor de kosten. “De maatregelen die genomen moeten worden lopen financieel gezien de spuigaten uit. Veel is nog onzeker en veel plannen moeten nog worden uitgewerkt”, zegt Van Heemst. La Croix, Slingerland en Van Heemst spannen zich in zodat van uitstel geen afstel komt, dat er geen halfbakken maatregelen genomen worden en dat er geen hogere rekening bij het waterschap terecht komt. “Ik ben er niet gerust op”, aldus Van Heemst. Ook de belangen van de (sport)vissers in het herstelplan van de Kralingse Plas zijn volgens Van Heemst nog onvoldoende gewaarborgd.

Terugblik en toekomst
Zowel Van Heemst (PvdA) als La Croix (CDA) zaten afgelopen periode al in het Hoogheemraadschap Schieland en de Krimpenerwaard. Beiden blikken met een positief gevoel terug op de afgelopen vier jaar. La Croix: “Ik ben trots op het functionele bestuur en het degelijke financiële beleid dat we hebben gevoerd. Daar is de burger bij gebaat”. Van Heemst: “Lof aan alle inzet van het waterschap dat we de droogteperiode van vorige zomer goed zijn doorgekomen. En de PvdA heeft klimaatverandering op de agenda gezet. De VVD en het CDA hebben zich daar ook achter geschaard. En we hebben ons, als afvaardiging uit Kralingen-Crooswijk, hard gemaakt voor de aanpak van de blauwalgen in de Kralingse Plas.”

De drie kandidaten kijken uit naar de verkiezingen en hopen natuurlijk dat zij na 20 maart (weer) mogen plaatsnemen in het algemeen bestuur van Hoogheemraadschap Schieland en de Krimpenerwaard. Wat zij de kiezers nog willen meegeven: “Stem op een partij die ook gemeentelijk, provinciaal en landelijk vertegenwoordigd is. Op die manier is er een verbinding, waardoor je toch nèt iets meer macht kan uitoefenen dan een partij die op zichzelf staat.”

Joëlle Stapelkamp


Meld u aan voor De Ster nieuwsbrief (U ontvangt een bevestigingsmail)

Lees hier de privacyverklaring Hiermee geeft u toestemming om wekelijks een nieuwsbrief te ontvangen.