Wij hebben gekozen, maar waarvoor is onduidelijk. Bijna letterlijk zo opende NRC / Handelsblad van 26 februari. Letterlijk stond er niet “wij …” maar : ‘Italië heeft gekozen, maar waarvoor is onduidelijk’. Het was de samenvatting van de uitslag van de verkiezingen in de twee voorafgaande dagen.

De kleine verandering die ik in het citaat aanbracht, vat samen waar dit stukje over gaat. Niet alleen de Italianen, maar wij allemaal weten eigenlijk niet wat we aan het doen zijn.

‘Wij’, alle moderne burgers van Europa, hebben ooit in het verleden gekozen voor vrijheid en democratie. Wat dat vandaag de dag inhoudt, is niet alleen in Italië onduidelijk.

Ik denk dat ik begrijp hoe dat komt. Ik denk zelfs dat het eigenlijk heel eenvoudig is. Het is gewoon de nieuwste variant van een probleem dat gewoon hoort bij het leven in het algemeen, bij de politiek in het bijzonder, en het hoort met name bij de democratie. Om te zien hoe eenvoudig het probleem is, moet je wel bij het begin beginnen.

Het probleem begint bij ieder individu op zich zelf. Wat een individu is, is héél erg duidelijk. Het is iemand als Robinson Crusoë. Helemaal self-supporting op een verder onbewoond eiland heer en meester zijn in zijn zelf gestichte cultuur, en essentieel vrij want dat hoort erbij. Vrijheid is het normatieve sleutel-idee van de Europese cultuur, en alleen een individu, een wezen dat ‘ik’ kan zeggen, kan echt vrij zijn.

En daar ligt meteen het probleem. Ik kan alleen ‘ik’ zijn in relatie met de ander; die relatie beperkt dus mijn vrijheid. ‘Zoveel hoofden, zoveel zinnen’; de oude Romeinen wisten het al: quot homines tot sententiae. Ieder individu wil alleen wat hij zelf wil.

Maar in een relatie komen mensen met hun individuele hoofden en zinnen samen, en in de politiek komen ze op een heel speciale manier samen. Daar wil het individu macht uitoefenen. Dat verlangen naar macht maakt in het individu eigenschappen operationeel die het individu zelf bij voorkeur verborgen houdt, maar die andere individuen juist door dat verborgen willen houden min of meer bewust ervaren. Die verborgen gehouden eigenschappen samen worden wel aangeduid als de dubbelganger van het individu. Je dubbelganger ben jij zelf voorzover je jezelf niet kent maar anderen jou wel doorzien en last van je hebben.

Dubbelgangers brengen in de omgang met anderen altijd ellende teweeg. En hoe meer mensen samenkomen en hoe meer macht iedereen wil, hoe erger het wordt. Een bekende Latijnse oneliner leert: senatores boni viri; senatus mala bestia: ‘de afzonderlijke senatoren zijn, ieder voor zich genomen, goede mannen; de senaat als geheel is een kwalijk beest’. In de politiek brengen de mensen over en weer het allerslechtste dat in hen leeft naar buiten.

Dat was altijd al zo; anno 2013 is het door de in alle opzichten groter, rijker, complexer enzovoort wordende wereld alleen maar erger. En bij de Italianen met hun sublieme talent om van al het sociale verkeer een toneelspel te maken, was de politiek vanzelf al vaak een opera of aanverwante theater-voorstelling, en ook dat perspectief wordt nu door de media magnifiek uitvergroot. Italiaanse toestanden alom!

werking hart1  werking hart2

De beide plaatjes wijzen een richting naar een oplossing. Ze zijn een artistiek-schematische verbeelding van wat in twee fasen gebeurt in een van de kamers (ventrikel) van het hart met daarin het ritmisch stromende en wervelende bloed. In het eerste plaatje stroomt bloed uit het rechter bloedvat erin; de klep links is dicht. In het tweede plaatje is het omgekeerd. De plaatjes illustreren een essentiële eigenschap van de werking van het hart: de dynamiek van van het ritmisch stromende en wervelende bloed, de beweging, de actie, het ritme – die zijn primair, die bepalen wat in het hart gebeurt.

Zo hoort het in de sociale omgangvormen te gaan. De relatie, het spel zelf als actie, de dynamiek, de interactie, het over en weer zelf bepalen wat er gebeurt.

Hugo Verbrugh