Als ik “brandnetel” zeg, wat denkt u dan? Ik gok: “Au!” Want zo maken we er meestal kennis mee: we raken per ongeluk de bladeren aan, voelen een branderige pijn en krijgen daarna jeukende bultjes. Dat deze plant kan woekeren, draagt ook niet bij aan een positief imago. Voor je het weet, staan tuin en bos er vol mee en zijn veel andere planten verstikt.
Genoeg redenen om deze plant met wortel en al uit te willen roeien. Weg ermee! Maar ik wil het toch voor ‘m opnemen.
Veel insecten zijn namelijk afhankelijk van brandnetels, voor veel vlinders zijn ze zelfs van levensbelang: het is de enige plant waar ze hun eitjes op leggen. Ze verpoppen er ook, en de rupsen eten daarna hun buikje rond. Ja, ze zijn kieskeurig, die vlinders. Maar dat is geen probleem als het om zo’n veel voorkomende soort als de brandnetel gaat. Alleen wij mensen willen ‘m niet in onze tuin en dat is jammer. Als we allemaal één pot zouden vullen met brandnetels, zouden we veel kleine diertjes helpen. De plant gaat gegarandeerd niet woekeren en wij kunnen genieten van alle rupsen, vlinders en andere insecten die onze tuin bezoeken.
Voor ons mensen zijn brandnetels een gratis ‘superfood’, wist u dat? Met de jonge (bovenste) blaadjes kunt u in de keuken allerlei lekkere dingen maken: soep, thee, pesto, noem maar op. Er zitten stofjes in die goed zijn voor en tegen van alles en nog wat. Wel handschoenen aandoen bij het plukken, en doe dat niet vlak langs een pad – hondenbezitters kunnen u uitleggen waarom.
En de pijn en de jeuk dan?
Die vormen een ingenieus verdedigingsmechanisme tegen dieren die de plant willen eten. Aan de bladeren zitten haartjes. Als die worden aangeraakt, valt er een soort kapje af en komt er een naaldje tevoorschijn dat in de huid prikt en daar stofjes inbrengt die de jeuk veroorzaken. Dat heeft die netel slim geregeld.
Zelf hoeft u voor tegengif alleen maar om u heen te kijken, want in de buurt van brandnetels staat bijna altijd wel een plantje dat de pijn en jeuk kan verzachten. Paardenbloem, bijvoorbeeld: even de bloem over de zere plek wrijven. Of weegbree: een paar bladeren plukken, stuk wrijven, en het sap erop smeren. Dat heeft de natuur goed geregeld.
Nu ben ik benieuwd: bent u al klaar om deze nuttige en lekkere plant – heel voorzichtig – te omarmen?
Meld u aan voor De Ster nieuwsbrief (U ontvangt een bevestigingsmail)
recent commentaar