Soms, zo aan het einde van de week, neem ik de tijd om allerlei dingen te herlezen. Dan lees ik bijvoorbeeld krantenartikelen nog een keer, omdat ik na de eerste keer het gevoel had dat ik iets gemist had. Zo las ik zojuist voor de tweede keer de conclusies van het rapport dat ons vertelde dat als we de EU verlaten, we ongeveer 10% meer verdienen. ‘Kijk maar naar Noorwegen en Zwitserland.’ Ineens wist ik weer waarom ik het stuk nog een keer wilde lezen.

Ik ken die landen namelijk goed! Zo goed zelfs, dat ik weet dat de prijzen voor de meeste zaken daar wel 20% hoger liggen. Dus eigenlijk zegt dat rapport dat, als we uit de EU stappen, ons loon met 10% omhooggaat, maar onze kosten met 20% stijgen. Een goede reden voor onze deelgemeente – en mijzelf – om in de EU te blijven dunkt me. Toch een goed rapport dus. Maar nu weer terug naar onze stad, naar onze deelgemeente zelfs. Binnenkort wordt ‘onze deelgemeente’ omgedoopt in ‘ons gebied’ en treedt onze eerste gekozen gebiedscommissie aan. Ongetwijfeld komt er dan een soort ‘gebiedscheck’, waarbij gekeken wordt welk deel mag blijven zoals het is en welk deel ontwikkeld moet worden.

Vorige week gaf ik daar al wat tips over en – omdat ik erop aangesproken ben – ga ik daar vandaag nog even mee verder. Zoals ik vorige week aangaf, dient ons gebied ingedeeld te worden in wijken waarin steeds 1 functie de boventoon voert. In winkelwijken hebben de winkeliers het voor het zeggen, in woonwijken de bewoners, in kantoorwijken de kantoren etc. Vorige week kwam ik er niet aan toe om de groenwijken uit te werken. Bij dezen dus. Deze groenwijken moeten omgedoopt worden tot ‘voedingswijken’. Niet alleen groen om naar te kijken en in te recreëren, nee, kleinschalige landbouw (city farming) en pluimveeteelt (kippen en ganzen). Hier hebben de boeren het voor het zeggen dus. Wat denkt u ervan? Een ontbijtje met een eitje van eigen gebied? Natuurlijk wil ik de toekomstige gebiedscommissie niet voor de voeten lopen. Als ze gewoon doen wat ik nu schrijf, horen ze me er niet meer over. Steunt u mij?

Eduard Schuringa