Terwijl ik dit stukje zit te tikken – het is zaterdag 2 juli, tegen vier uur ’s middags – komt  een stukje acuut nieuws van Trouw binnen. ‘CDA’ers vrezen dat het nieuwe stikstofbeleid van het kabinet het Waterloo van de partij wordt’ luidt de kop erboven.

“De noodkreet komt gewoon niet binnen bij jullie”, concludeert Tanja van der Ven, boerin en CDA-statenlid uit Brabant hard. “Wat moeten we doen om duidelijk te maken dat deze voorstellen niet uitvoerbaar zijn en niet rechtvaardig. Het klopt gewoon niet. Doe dit niet. Niemand begrijpt dat het CDA hieraan meewerkt.”

Tientallen CDA’ers die op de vroege zaterdagmorgen in een zaaltje in Nijkerk bijeen zitten, zijn boos, wanhopig en gefrustreerd. De een na de ander, stelt zijn of haar lidmaatschap ter discussie als het CDA blijft vasthouden aan de ingezette stikstofkoers. CDA-bestuurders zeggen helemaal niets met dit beleid te kunnen, want alle inzet op gezamenlijk natuurherstel en stikstofreductie in de provincies is om zeep is geholpen.’

‘Waterloo …’: ik begrijp wat ze willen zeggen, maar de beeldspraak schept meer verwarring dan verheldering. ‘Waterloo’ is het historische moment waarop Napoleon, in 1814 verslagen en verbannen naar Elba maar in 1815 ontsnapt en teruggekomen om opnieuw keizer te worden, de strijd verliest van de geallieerde Engelse, Hannoverse, Nederlandse en Pruisische eenheden, en nu voorgoed. Maar de geschiedenis ging, zoals ze altijd doet, verder, en Frankrijk is weliswaar veranderd, maar nog steeds Frankrijk. Het stikstof-boeren-probleem van het CDA is een totaal ander verhaal. Lees: (1, Trouw 2 juli) ‘De jonge boerin, Iris Brouwers vertelt net vorige maand ontslag te hebben genomen om het Drentse boeren-familiebedrijf over te nemen. Ze zat vol plannen om een bijdrage te leveren aan duurzame landbouw en natuurherstel. Maar afgelopen week kreeg ze een telefoontje van de Rabobank. “Iris, met dit kaartje doen we het niet meer. Je weet waar jouw boerderij staat. We gaan jou niets meer lenen.”’

Wopke Hoekstra. Foto: Ministerie van Buitenlandse Zaken / fotograaf: Martijn Beekman.

(2, Trouw column Stevo Akkerman vorige week): ‘Mochten opstandige boeren nog op zoek zijn naar privé-adressen om hun trekkers dreigend tegen de voordeur te parkeren, dan wel de gevel vol te smeren met mest, dan heb ik wel een suggestie. Ze zouden eens op bezoek kunnen gaan bij de mega-boeren die hun kleinere collega’s opslokken. Willen jullie meer of minder boeren? Minder, minder, minder, roept de agro-industrie. Het aantal megastallen is de afgelopen vijf jaar met een kwart gegroeid, zo bleek gisteren uit cijfers van de Universiteit van Wageningen; over tien jaar genomen gaat het om meer dan een verdubbeling. Voor de goede orde: dit betekent niet dat de veestapel als zodanig is gegroeid, integendeel, die daalde met 4,2 procent. Maar doordat grote bedrijven kleinere overnemen, daalde het aantal boeren nog meer, met 14,7 procent.  En dus groeit het aantal dieren per boerderij. Schaalvergroting, efficiëntie, hoge productie, lage kosten, smart farming. Dit is het model van de grenzeloze groei, aangewakkerd door de grote jongens op de achtergrond: banken, veevoederbedrijven, vlees- en zuivelexport. Een Nederlandse boer vatte het treffend samen. “Boeren zijn eigenlijk de melkkoe van de secundaire landbouwindustrie geworden”. Waarmee hij bedoelde dat ze worden uitgemolken.’

‘Wien de goden willen verderven, slaan zij met blindheid’, is een betere vergelijking. Het is  een oude wijsheid uit een Griekse tragedie. De goden waren de hogere machten. Zij konden iemand aanwijzen als schuldige, maar boven hen stond het noodlot. De god Apollo spreekt Orestes vrij. De goden willen iemand verderven (te gronde richten) en zorgen ervoor dat die persoon verblind raakt, dat hij ziende blind wordt. Dat diegene zodanig geobsedeerd raakt door bijzaken dat het doel uit het oog wordt verloren. Deze spreuk slaat op het verschijnsel dat voorspellingen van onafwendbaar onheil over het algemeen niet geloofd worden. Cassandra ervoer dat al in de klassieke oudheid toen zij de ondergang van Troje voorspelde.

Gisteren stond in de NRC een uitgebreide analyse van ‘de dag van de christendemocratie’. De openingszin vatte het probleem samen: ‘Komt het nog goed met het CDA-leiderschap van Wopke Hoekstra?’ Tussen de regels van het artikel lees ik het antwoord: ‘Nee’. Wat hier speelt is letterlijk een drama: een toneelmatige verwerkelijking door personen die autonoom en in overeenstemming met het door de auteurs van het drama geconcipieerde scenario spreken en handelen, waardoor een uiterlijk vertoonde en innerlijk beleefde spanning gevoeld wordt. De personen zijn de CDA -leden in de bijeenkomst, de auteurs van het scenario zijn de politieke gezagsdragers in Den Haag en in Brussel en de Bovenbazen in de economie van de grootschalige landbouwindustrie, en de spanning loopt steeds verder op, zodat het verhaal nog lang niet uit is.

Hugo Verbrugh


Meld u aan voor De Ster nieuwsbrief (U ontvangt een bevestigingsmail)

Dit veld is vereist.
Lees hier de privacyverklaring Hiermee geeft u toestemming om wekelijks een nieuwsbrief te ontvangen.