Het is bekend dat Jezus zijn toehoorders onderrichtte in gelijkenissen. Wie kent niet gelijkenissen als “de bruiloft te Kana”, “de barmhartige Samaritaan” en “de verloren zoon”? Door het vertellen van aansprekende gelijkenissen verduidelijkte Jezus diepgaande, goddelijke wijsheden.

Tot zijn naaste discipelen sprak Jezus een andere taal. In het Lucas Evangelie zegt hij tot zijn discipelen: “U is het gegeven de verborgenheden van het Koninkrijk Gods te verstaan, maar tot de anderen spreek ik in gelijkenissen, opdat zij ziende niet zien, en horende niet verstaan.” Ook buiten het Nieuwe Testament wordt er over verborgen of geheime woorden gesproken. In het Thomas Evangelie lezen we: “Dit zijn de geheime woorden die de levende Jezus sprak…”

De esoterische leer van Jezus werd (waarschijnlijk) uitsluitend aan zijn naaste discipelen gegeven, die het weer doorgaven aan hun leerlingen. Pas veel later werd deze mondelinge overlevering opgeschreven. Deze teksten bevatten Gnosis: de ware kennis die de mens kan helpen bij een psychische transformatie en hem kan openen voor een ruimere werkelijkheid, waarin de Vader rechtstreeks gekend kan worden. Deze kennis begint voor elk mens met het kennen van zichzelf.

www.rozenkruis.nl/rotterdam