‘Toen ik maandagochtend ontdekte dat hij de voorpagina’s van de populaire pers sierde en zelfs verpletterde, werd ik door twijfels overmand.’ Met die woorden opende Sylvain Ephimenco op dinsdag 25 juni 2019 onder de kop ‘Maarten van der Weijden, de volksheld die met trage slag het Friese water openspleet’ zijn column in Trouw. ‘Kon ik hier serieus over schrijven zonder te worden beticht van eng nationalisme, van navelstaarderij, van goedkoop sentimentalisme of, nog veel erger, van populisme?’, ging hij verder. Het vervolg van de column werd een mooie exercitie in zelfkennis – een sublieme variant van de navelstaarderij waar Ephimenco even beducht voor was. Aangemoedigd door zijn inspirerende gesprek met zichzelf waag ik het om ook een duit in het zakje te doen [in meer aangepast jargon: om vanaf de wal waar de beste stuurlui staan, ook een plons te nemen in het water van de Friese ‘Elfstedentocht-nieuwe-stijl’]. En om mijzelf te beschermen tegen quasi-romantisch poëtische prietpraat construeer ik dit stukje hard, kaal, reductionistisch.
- Maarten van der Weijden won in 2008 een gouden medaille op de 10 kilometer zwemmen in open water. Hij is dus een ervaren top-deskundige.
- In 2001 werd bij hem leukemie geconstateerd, een ziekte die hij na ruim twee jaar overwon. In zijn autobiografie (2009) schrijft hij op een haast afstandelijke en rationele manier over zijn ziekte. Hij is van mening dat hij de ziekte niet heeft overwonnen, maar dat hij gewoon geluk gehad heeft.
- Ik veroorloof me een kritische, zuiver filosofische kanttekening en vat in enkele woorden een soort speciale theorie samen die MISSCHIEN hier in ’t geding is.
- Die theorie gaat over Cornelis Moerman. In de tweede helft van de 20e eeuw was die arts te Vlaardingen. Omstreeks 1940 bedacht hij een soort theorie over een speciaal dieet tegen kanker waarmee hij vele duizenden mensen behandelde. Al tijdens zijn leven waren hij en zijn behandeling inzet van heftige controverses. In de wetenschap nam noch neemt iemand zijn opvattingen serieus; daar buiten had hij een omvangrijke aanhang. In een lijvig rapport pro-Moerman dat in 1991 verscheen, werden van de vele duizenden patiënten er 35 genoemd die wellicht door Moerman genezen zouden zijn. Niemand kan verklaren hoe dat komt. Een van de speculaties is, dat deze 35 patiënten door een uiterste psychomatische wilsinspanning hun immuunsysteem zo krachtig hebben gestimuleerd dat daardoor het kankergezwel door de lichaamseigen afweer is opgeruimd. Het Moerman-dieet was namelijk zo moeilijk vol te houdent, dat het niet ondenkbaar is dat deze eigen wilsinspanning bij een enkeling de kanker heeft doen verdwijnen.
- Onversneden speculatief maar ik durf het toch, stel ik hier dat HEEL MISSCHIEN Maarten van der Weijden zich in zijn zwem-kracht destijds zó ingespannen heeft, dat hij zijn leukemie – niet uitsluitend, maar alleen mede – DAARDOOR te boven is gekomen.
- Vorige maand heeft gezondheidspsycholoog Andrea Evers de hoogste wetenschappelijke onderscheiding van Nederland gekregen, de Spinozapremie voor ‘baanbrekend onderzoek dat een grote uitstraling heeft’. Voor zover ik haar onderzoek ken, is het, met permissie, niet speciaal baanbrekend.
- (Her)lees eventueel trouw.nl/nieuws/de-tijd-is-rijp-voor-bewijs-van-karma-en-reincarnatie en desteronline.nl/leve-eeuwige-student
Meld u aan voor De Ster nieuwsbrief (U ontvangt een bevestigingsmail)
In mijn column schrijf ik over gezondheidspsycholoog Andrea Evers.
Die is komende week de voorzitter [‘Chair’ in het Engels] van de SIPS conference 2019 = 2nd OFFICIAL SIPS CONFERENCE ON PLACEBO STUDIES – SIPS = Society for Interdisciplinary Placebo Studies.
Mw. Evers heeft vorige maand de hoogste wetenschappelijke onderscheiding van Nederland gekregen, de Spinozapremie voor ‘baanbrekend onderzoek dat een grote uitstraling heeft’.
Voor zover ik haar onderzoek ken, is het, met permissie, niet speciaal baanbrekend.
Dat oordeel baseer ik op het feit dat ik een voorstel had gedaan voor een ‘poster’ over baanbrekende nieuwe ideeën over het placebo, die ik op de bedoelde conferentie wilde presenteren. Mijn voorstel werd zonder argumenten afgewezen.
Hieronder heb ik de tekst van dat voorstel gecopieerd:
BACKGROUND
‘Consciousness is what makes the mind-body problem really intractable.’ is the opening paragraph of Thomas Nagel’s classical essay ‘What is it like to be a bat’ (1974). In the context of the so-called placebo-effect it could be rephrased as ‘The methods of normal science under the current paradigm of Cartesian dualism is what makes the placebo problem really intractable’.
METHODS
But the paradigm of Cartesian dualism has lost its current value. Since ca. 2000 the mind-body-problem is considered in terms of the threefold system of software and hardware with the fundamentally new concept of wetware as interface between the material and mental ‘dimension’. The now current cognitive paradigm, which empirical psychological and neuro-science is integrated with epistemology and other branches of philosophy, allows for introspection including thought experiments in which one acts virtually on the representation of one’s own body in one’s imagination. By doing so, one can virtually perceive how nervous fibers branch into ever smaller sub-branches until they disappear – and then immediately are newly formed.
RESULTS
There are as yet no results in the sense in which the concept ‘result(s)’ is used in the vernacular of current science. As a preliminary result I present the hypothesis that every mentally healthy person can do the introspective exercise as summarized above.
CONCLUSIONS
Descartes’ legendary motto ‘Cogito ergo sum’ and the popular but essentially mistaken one-liner ‘We are our brains’ must be replaced by ‘For practical purposes, I am my wetware’.