Ik raakte toevallig aan de praat met een tafel van 12 mensen die gezellig met elkaar zaten te dineren. Ze bleken een neven- en nichtendag te houden. “Waarom geen familiedag?” vroeg ik aan een van de mannen. “Onze ouders hielden niet zo van bij elkaar komen”. Na deze opmerking werd ik natuurlijk helemaal nieuwsgierig. “Kijk”, legde hij mij vriendelijk uit, “wij komen hoofdzakelijk uit een schippersfamilie.

Onze grootouders voeren op de binnenvaart, maar zij waren al niet zo van die gezelschapmensen. Oma nog wel, maar opa moest daar niet zo veel van hebben. Het zat hem zeker in zijn genen. Onze ouders hebben dat schijnbaar ook meegekregen, maar, op een enkeling na, heeft niemand van de kleinkinderen dat gen geërfd. Bij een begrafenis kwamen wij voor het eerst bij elkaar en het klikte meteen tussen al die kleinkinderen. Toen hebben wij niet op de volgende begrafenis gewacht, maar meteen met elkaar afgesproken en sindsdien doen wij dat twee keer per jaar.” Een andere man aan de tafel laat mij een paar familiekiekjes zien vertelt er een anekdote over: “Ik kwam eens aan boord van een schipper omdat wij naast elkaar lagen en ik over zijn dek moest lopen. Hij stond in zijn stuurhut. Ik maakte een kort praatje en bij het weggaan zag ik een naambordje boven het stuurrad met mijn achternaam erop. Ik vroeg of hij Gerrit heette en inderdaad het bleek mijn opa te zijn, die had ik notabene sinds mijn jeugd niet meer gezien.”

Nevendag - Jacques Beket

Jacques Beket