Beste mensen, lieve familie en vrienden van Peter Martens – namens de organisatie van de 11e Kunstroute Kralingen-Crooswijk mag ik u van harte welkom heten! Ik wil u eerst even aan een aantal mensen voorstellen.
Winish Chedi, is een jonge fotograaf die foto’s wil maken zoals Peter dat deed. Het was zijn initiatief om deze tentoonstelling te maken en hij is daarbij geholpen door Einar Been en natuurlijk door Lotje en Anna Martens. Ze zijn hier allemaal aanwezig. De foto’s die hier te zien zijn maken een klein deel uit van het oeuvre van Peter. U ziet foto’s uit Nederland, uit Rotterdam en uit New York, de stad waar Peter uitermate door werd gefascineerd en waar hij vele malen naar terugkeerde.
Ik heb het geluk gehad Peter Martens persoonlijk gekend te hebben.
Ik zie hem voor me; gekleed in een verschoten t-shirt, ongeschoren, met levendige ogen die alles zagen in een open en ernstig gezicht.
Als je terug denkt aan je jonge jaren waren er altijd wel een paar helden, waar je fantasie mee op de loop ging. In de jaren zestig van de vorige eeuw, kijkend naar een zwart-wit televisie met Nederland 1 als ultieme en enige zender, was dat bijvoorbeeld – Ivanho, een rol van een hele jonge Roger Moore, hij speelde een ridder in het Engeland van King Arthur… Wat later Rowdy Yates, de cowboy in de serie Rawhide, gespeeld door een toen nog onbekende Clint Eastwood of weer wat later Marcello Mastroiani als coole en verliefde reporter in de uitbundige Fellini film “La Dolce Vita” maar dat was al in kleur én in de bioscoop.
Als jonge fotograaf wilde je PM zijn. Peter een mooie gave gozer, van binnen en van buiten. Met zijn rustige en zelfverzekerde uitstraling gaf hij je het gevoel in balans te zijn en juist die rust en balans heeft hem in staat gesteld overal in de wereld contact te maken met de mensen die hij ontmoette en wilde fotograferen.
Het zwaard van Ivanho, de revolver van Clint Eastwood of het notitieboek van Marcello Mastroiani was bij Peter een camera, een ouwe mat gebeukte Nikon, die hij dag en nacht bij zich had. De camera was gevuld met Kodak tri-x en afgesteld op 400, 1600 of 3200 asa. Het hing af van de lichtomstandigheden waarin je aan het werk was. Flitsen ‘was not done’ en ‘bestaand licht’ was heilig en dat gold ook voor Peter, behalve… als het niet anders kon. Zoals de flitser die hij in 1980 nodig had bij het maken van de foto’s voor wat later het boek “Nothing Special” zou heten. Hij had na lang vragen toestemming gekregen om aanwezig te mogen zijn bij het uitrukken van de New York Police Homicide Squad.
Kunstroute Kralingen Crooswijk 2017
‘Call Peter Martens – reporter – on any Homicide at 535 – 3478, anytime day or nite” ‘hing er op verschillende plekken in het bureau op 42 street. Het leverde een reeks indrukwekkende gitzwarte soms misselijkmakende beelden op van plekken waar zich even daarvoor menselijke drama’s hadden afgespeeld.
Peter was veel ver weg… via New York naar Afrika, even naar huis en door naar Libanon, naar Bogota, Calcutta en Bangkok, altijd op zoek naar mensen in het nauw, want dat was zijn missie in het leven en in de fotografie: onrecht, lijden, ontberen, racisme, armoede, oneerlijkheid. Onderwerpen waarvan hij dacht; dat klopt niet! Onthullen, aantonen. Niks valse estetiek of gulden snede, nooit iets mooier maken dat het was maar recht voor zijn raap, er boven op, als bokser was Peter zeker een KO specialist geweest.
Hij kende het werk van Lewis Hine, Diane Arbus, Robert Frank en Don McCullin. Grote namen, inspirerende fotografen zijn dat, die de pijn, het onvermogen en de soms schrijnende poezie van het dagelijks leven ieder op hun eigen manier hebben vastgelegd.
In het Rotterdam van de jaren ‘70 werd Peter opgemerkt door Hans Walgenbach, destijds directeur van het CBK. Hij kocht werk aan en Peter werd opgenomen in de BKR , de Beeldende Kunst Regeling en werd onbewust onderdeel van de vraag of fotografie wel kunst was.
Peter werkt in Nederland voor bladen als Nieuwe Revu, De Tijd en Panorama. In Panorama mocht hij jarenlang elke week een spread publiceren onder de titel ‘Mensen van Martens’. Het betaalde goed, hij kon zijn gezin onderhouden, de huur betalen en nieuwe plannen maken en het blad was een prachtig podium waarin hij kon laten zien waartoe hij in staat was.
Toen Panorama langzaam afgleed naar een, in zijn woorden, ‘tieten & konten blad’ stopte hij met zijn wekelijkse bijdrage. Het voelde als een financiële aderlating maar hij kon en wilde er niet meer voor werken.
Maar hij ging door en werd ingehuurd door grote bureau’s als Black Star en Magnum en was daar ‘one of the guys’.
Els Barents, nog maar onlangs gestopt als directrice van fotografietempel Huize Marseille in A’dam en in 1977 werkzaam als conservator van het Stedelijk Museum … zag in een vroeg stadium het bijzondere talent van Peter en liet hem deel uit maken van diverse tentoonstellingen. In het voorwoord van het fotoboek “A few loving voices”, schrijft zij;
“Zijn engagement met de allerarmsten ging boven alles uit, zozeer dat het een zeer confronterend effect had. Erger, slechter, cynischer, wreder of wanhopiger en uitzichtlozer dan wat de foto’s van Martens je laten zien, kan het leven niet zijn. Deze beelden gingen destijds alle verbeeldingskracht te boven. Het was bovendien een vreemde gewaarwording dat, hoe concreter Martens in zijn missie werd, des te minder woorden er voor te vinden waren . Je werd letterlijk met stomheid geslagen.
Kunstroute Kralingen Crooswijk 2017
Hij portretteerde de onderklasse van de wereld als waren het lotgenoten en medestrijders verenigd in een wereldwijde clan, die – naast alle ellende – ook energie putten uit hun lijdzame verzet. Verzet tegen een onzichtbare grootmacht die al deze pijn, armoede en onderdrukking veroorzaakte.” Einde quote Els Barents.
Peter stimuleerde je om te reizen en je blik te verruimen. Ooit… op een dapper moment, tijdens een ontmoeting in de pannekoekentent naast cafe Timmer aan de Oude Binnenweg heb ik hem toevertrouwd dat ik, net als hij, de wereld in wilde. ‘Jezus man, moet je doen, wanneer ga je, waar wil je heen, goed goed, gaaaan!!!” Afijn, het duurde nog even voor ik weg was en elke keer als we elkaar ontmoeten was het ; Heee van Hees, ben je al terug, hoe is het gegaan, is het een beetje scherp…. “ehhh… nee Peter er kwam wat tussen maar het gaat gebeuren” .
Hij zette druk op de ketel, er was geen ontkomen meer aan en een paar weken later was ik weg. Hij had me de laatste zet gegeven die ik blijkbaar nodig had en ik ben hem er nog steeds dankbaar voor.
Ik hoor nog zijn woorden; “Je mag alles fotograferen en vragen als je maar integer en oprecht bent in je bedoelingen en je bedenkt in welke context je foto’s geplaatst worden.” Zeker weten dat een generatie fotografen die gedachten goed in hun oren hebben geknoopt.
Aan de Hildegardisstraat in een voormalige school, later ook nog diensdoend als dependence van het Bergwegziekenhuis, notabene afdeling Huid- en Geslachtsziekten had Peter zijn atelier. In het atelier was een denkbeeldige lijn die het lokaal verdeelde in 2 verschillende ruimtes. In het daglicht stonden stoelen en een tafel, een paar tassen met camera’s en objectieven, ingelijste foto’s die net terug of op weg waren naar tentoonstellingen en Kodak en Ilford dozen met door hem afgedrukte foto’s.
Op die plek mocht je plaats nemen en schonk hij een kop thee voor je in en kreeg je een stuk appeltaart. Thee en appeltaart. Voor Peter een vanzelfsprekendheid, voor de bezoeker een feest.
Dan in het midden van het lokaal een lijn, waarachter zich de donkere kamer bevond en waar andere wetten golden. Daar was het serious business, hier geen thee en appeltaart en op roken stond lijfstraf. Hier werden, in het schaarsgele dokalicht, de negatieven uit de sleefs getrokken en met grote zorgvuldigheid in de vergroter geschoven, want een kras is zo gemaakt en voordat je het weet zit je uren te retoucheren, kostbare tijd die je béter kunt gebruiken. Na scherpstelling en exacte bepaling van de uitsnede op het vergrotingsbord wordt een vel barietpapier zorgvuldig op de juiste plaats gelegd en het roodfilter in stelling gebracht. Het filter zweeft aan een klein mechaniek enkele centimeters onder het objectief en doet wat het moet doen; namelijk het voorkomen en opvangen van licht op een moment dat het nog niet gewenst is, een soort van voorspel.
De fotograaf doet een final check en na het instellen van de juiste belichtingstijd en het terugschuiven van het rood filter, wordt met bezwerende handen, vingers en knedende gebaren… het papier in het luchtledige betast en beroerd. Ik schets dit beeld omdat een man als Peter Martens dit tienduizenden keren moet hebben gedaan, terugkerend van zijn verre reizen en voor het eerst weer kennis nemend van de beelden die hij ter plekke had gezien en beleefd. In zijn donkere kamer kwamen vaak gevoelens naar boven die hij ter plekke niet had kunnen toelaten. De camera werkte als buffer tussen hem en de toestanden en ellende die hij had gezien en gefotografeerd.
In de stilte van zijn donkere kamer heeft hij regelmatig de impact van zijn missie gevoeld… ik citeer hem uit een gesprek dat hij had met Renate Dorresteyn; “hoe kan dit, hoe is dit mogelijk, in wat voor wereld leven we, alles is uit balans, struktureel mis, echt fout “
Peter heeft in de laatste jaren van zijn leven, hard gewerkt aan twee uitgaves over zijn reizen. De twee dummies zijn jaren lang onder klimatologische omstandigheden in de kluizen van het Nederlands Fotoarchief ondergebracht. Toen ik de dummies, inclusief met de door hem zelf gemaakte barietdrukken, met witte handschoenen even mocht bekijken viel me de precisie op waarmee Peter alles had bedacht en beschreven – ‘spread 28.4 x 40.6’ of – ‘links onder verticaal 16.6x 11.8’.
Els Barents en Renate Dorresteijn, twee van de nog vele andere mensen die belangrijk zijn geweest in zijn fotografische carrière, hebben met liefde en kennis van zaken een voorwoord geschreven, en in 2012 zijn de dummies vertaald naar boeken met de titels – ‘A few loving voices’ en ‘American Testimony’.
Wie hebben anno 2017 het zwaard van Peter overgenomen?! Gelukkig, ze bestaan nog, mensen die met open vizier en met of zonder angst het leed en oneerlijkheid tegemoet willen treden. Peter had zeker gesprekken gevoerd en thee gedronken met Eddy van Wessel, Kadir van Lohuizen en Ad van Denderen. En we blijven natuurlijk het werk van Winish Chedi volgen – Winish je weet wat je te doen staat.
1937 -2017. Peter zou nu 80 zijn. In mijn gedachten is hij hier —- niets veranderd, kakishirt, haar in de war, ongeschoren, ernstig gezicht met een lach. Zijn foto’s hangen aan de muur. Het is tijd voor thee en appeltaart, maar een biertje mag ook.
Dank voor uw aandacht
P.S.
De boeken ‘Nothing Special’ / American Testimony en A few loving voices zijn nog steeds te krijgen, je kan ze bestellen bij de boekhandel of bij Bol.Com.
Foto’s van Peter Martens zijn te koop bij het NFM alwaar u ook zijn archief kunt bekijken.
Carel van Hees, 11e Kunstroute kralingen-Crooswijk, Rotterdam, d.d. 5 oktober 2017, 20.00 uur
Meld u aan voor De Ster nieuwsbrief (U ontvangt een bevestigingsmail)
recent commentaar