De titel van mijn stukje van deze week is een vrije vertaling van de titel van een opera van Wolfgang Amadeus Mozart (1756-1791) die als titel had ‘Così (= Zó) fan (afgekort van fanno – doen) tutte (= zij allemaal; de laatste letter ‘e‘ in ‘tutte‘ geeft aan dat het om alle ‘vrouwen’ gaat). Ik gebruik die titel als korte samenvatting van de stelling die ik hierbij ter discussie aanbied: ‘Toen Klaas Dijkhoff (*1981) afgelopen zaterdag tien dagen geleden, 24 november, ter gelegenheid van het VVD congres  vijfhonderd ballonnen opliet, zodoende met een knipoog verwijzend naar het verwijt dat hij vele “proefballonnetjes” oplaat, deed hij iets wat wij (= de overgrote meerderheid burgers van Nederland allemaal doen, namelijk … ; … nu weet ik even niet hoe ik moet samenvatten wat Dijkhoff toen deed; LEES VERDER, ik zal het uitleggen.

Mijn uitleg begint met een herinnering uit augustus 1976. Toen kwamen Prins Bernhard en zijn echtgenote koningin Juliana overhaast terug van vakantie uit Italië omdat minister-president Joop den Uyl (PvdA) bekend zou maken dat hij (Prins B.) 1,1 miljoen dollar aan steekpenningen had gekregen van de Amerikaanse fabrikant van straaljagers Lockheed. Dat was een belangrijk moment in de geschiedenis van het Koninkrijk der Nederlanden. In de daarop volgende jaren is er veel over gesproken, geschreven, gepubliceerd en op andere manieren over gecommuniceerd; in het geheim kreeg hij post(h)uum de eretitel ‘Schavuit van Oranje’ [tegenwoordig ligt dat, met de doorlópende herwaardering van de geschiedenis, anders, maar dat laat ik buiten beschouwing. Ik kan het alleen niet laten eraan te herinneren dat ik in de jaren vijftig, toen ik ruim een half jaar bij het infanterieregiment Menno van Coehoorn verkeerde, moest noteren dat prins Bernhard vanwege zijn reputatie als heldhaftig militair tijdens W.O. II èn, vooral, als uitbundig vrouwenversierder tot en met zijn buitenechtelijke activiteiten, de Grote Held was van tallozen in die omgeving].

‘1,1 miljoen dollar aan steekpenningen … ‘, dus, en daarmee komt de titel van mijn stukje terug in het verhaal. ‘Dat doen wij toch allemaal?!’, hoorde ik na augustus 1976 geregeld sluiks om mij heen. ‘Capisce?’ (= VOELT u wat ik bedoel?).

Toen Dijkhoff zijn zogenaamd ludiek bedoelde stunt uithaalde, (1) deed hij iets van dezelfde strekking als (bijna) wij allemaal steeds meer doen, namelijk wezenloze prietpraat en geneuzel uitslaan, maar (2) beging hij ook een economisch delict. Daarom sta ik vierkant achter inhoud en strekking van wat ik een dag of wat na dit plastic-soep-bevorderende optreden van deze VVD-politicus in de krant las: ‘De Partij voor de Dieren kan de humor van de actie van de VVD-fractievoorzitter …  niet inzien. Tweede Kamerlid Christine Theunissen zal dinsdag om 10.00 uur aangifte doen bij het politiebureau op de Jan Hendrikstraat in Den Haag “omdat verspreiding van vijfhonderd stuks zwerfafval een economisch delict is”. Zelf zegt zij: “Ik vind het een heel principiële zaak, dat zal het Openbaar Ministerie (OM) ook moeten vinden.”’

Dijkhoff noemde de aangifte van de “drammers” van PvdD tegen hem “zonde van de tijd van de agent, de officier en het papier.”  Ik hoor de schaterlachende echo van de Schavuit van Oranje.

Hugo Verbrugh


Meld u aan voor De Ster nieuwsbrief (U ontvangt een bevestigingsmail)

Dit veld is vereist.
Lees hier de privacyverklaring Hiermee geeft u toestemming om wekelijks een nieuwsbrief te ontvangen.