Vorige week maandag kreeg ik via de mail het overlijdensbericht van mijn goede oude vriend René de Vos (*1946). Het bericht maakte grote indruk op mij. Ik kopieer:
‘We herdenken en vieren het leven van René in Paviljoen It Mar, Murnserdyk 46 a, 8573 WP Mirns, Friesland. Het afscheid vindt plaats op maandag 29 januari om 12.00 uur. We kijken langs verschillende lijnen terug hoe René’s leven gestalte kreeg, hoe we hem tenslotte leerden kennen. Daarna is er ruim gelegenheid om ervaringen en gedachten met elkaar uit te wisselen. Dat willen we in een ontspannen stemming doen met drankjes en kleine hapjes. In de mild-bourgondische sfeer waarmee we René associëren. Rond 15.00 uur kunnen we bij de kist definitief afscheid nemen. Bij de uitgang ligt een condoleanceregister.’
Dat was dus, gerekend vanaf de dag waarop deze Ster in cyberspace verschijnt, gisteren. Ik had me vast voorgenomen er bij te zijn. René de Vos is een van de grote connecties in mijn leven geweest. Omstreeks 1990 richtte hij samen met Peter Fokkens het tijdschrift Care op (ik heb in de gauwigheid de precieze datum niet in mijn archief terug kunnen vinden). Vanaf het begin heb ik mogen meedoen en het werd al gauw een van mijn meest creatieve bezigheden naast mijn baan aan de universiteit. En de korte samenvatting van hoe de nabije nabestaanden het definitieve afscheid gaan organiseren is precies hoe de tijdgeest dat nu van ons wil. Persoonlijke omstandigheden maken dat ik er niet bij zal kunnen zijn. Het plaatje met bijschrift moge werken als vervangmiddel.
Tekst loopt door onder de afbeelding
CARE – bedoeld is het Engelse woord voor ‘zorg’; de naam is door velen beoordeeld als een ongelukkige keuze – was bedoeld en heeft, helaas niet echt goed, gewerkt als een neutraal opinieblad over alternatieve geneeswijzen in de ruimste zin met bijzondere aandacht over de relaties met de reguliere geneeskunde en medische wetenschap. Achteraf kan ik niet anders zeggen dan dat deze grote poging van René de Vos gewoon mislukt is. Hoe ik dat bedoel staat aangeduid in de titel van dit stukje: ‘Requiem op een tijdschrift’. Die titel heb ik overgenomen van de ondertitel van een van de meest geniale romans die ik ooit gelezen heb: ‘Das Versprechen. Requiem auf den Kriminalroman’: ‘De belofte. Requiem op de detectiveroman’. Ik neem de kortst mogelijke inhoudsopgave over van bol.com: ‘Commissaris Matthäi belooft de ouders van een op gruwelijke wijze vermoord meisje op zijn erewoord dat hij de dader zal vinden, terwijl hij weet dat hij de volgende dag naar Amman zal vertrekken voor zijn nieuwe baan. Collega’s pakken de verkeerde op, die na harde verhoren die nacht nog bekent en vervolgens zelfmoord pleegt. Het onderzoek wordt afgesloten. Vol schuldgevoel annuleert Matthäi zijn reis, en hij besteedt de rest van zijn leven aan het zoeken naar de werkelijke moordenaar. De manier waarop hij dat doet, is zowel zeer dubieus als geniaal, en de apotheose is zo absurd dat geen romanschrijver die voor zijn rekening zou willen nemen.’ De moraal van die plot is dat, met een variant op Von Clausewitz ‘Oorlog is voortzetting van de politiek met andere middelen’, de dood voortzetting is van het leven met andere middelen en dat ‘dood’ betekent dat je de kans krijgt weer goed te maken wat je tijdens het leven in de gangbare betekenis van dat woord verkeerd gedaan hebt.
Meld u aan voor De Ster nieuwsbrief (U ontvangt een bevestigingsmail)
recent commentaar