18 maart 2013 St. Simeon. Het is laat in de avond als ik aan mijn column begin. Ik zal het schrijven moeten onderbreken vanwege het nieuws op TV. Mijn laptop laat De Matthäus Passion onder Gustav Leonhardt horen. Het is rustige muziek om bij te typen. Ik draag deze dagen een bonte trui die er uit ziet of hij uit Oostenrijk komt. Dat is niet het geval. Hij is gemaakt in China.

Het is kwart voor acht en dadelijk komt het nieuws. De Ster van 12 maart lag vandaag in mijn bus. Er kwam een brief uit Rotterdam van Ina Baay. Zij had gelezen dat ik Georges Ohnet aan het lezen was. Nu weet ik dat hij Georges Hénot heette. Woensdag moet ik naar de kapster. Het lijkt of ik er gisteren was. Mijn nichtje Sjoukje betaalt de rekeningen. Tegenwoordig word ik in een rolstoel afgeleverd bij de groep! Ik ben namelijk gevallen op mijn kamer.

De Matthäus werd gedirigeerd door Gustav Leonhardt. Zijn knappe kop wordt afgebeeld bij het begin van de uitvoering. Op de laptop is te zien hoe hij van een forse man een breekbare oude man werd. Morgenochtend sta ik om 6.30 uur naast mijn bed om mijn ontbijt, een boterham met kaas, te verorberen. Dan ga ik nog een uurtje naar bed. Als de column klaar is gaat de schrijfmachine in haar koffer. Dan komen het bord en het mes en de vork terug op de plek waar ik nu zit te typen.

De muziek van J.S. Bach verveelt niet en nu is er een schitterend koor. Nu heb ik de mooiste muziek van J.S. Bach. Daarnaar is het goed luisteren. Wat die muziek zo mooi maakt kan ik niet vertellen. Het papier raakt langzamerhand vol en als dat het geval is kan ik nog een half uur mijn Franse boek lezen. De schrijver ervan vond ik vandaag in mijn Larousse: Michel Tournier, geboren in 1924. Ik ben van 1939 en dus 74 jaar oud. Ik voel dat aan niets. Als de pillen dadelijk komen, duik ik daarna snel in mijn bed. In de avond loop ik op halve schoenen. Dat doe ik om niet de stevige schoenen van overdag te moeten uitdoen wanneer ik naar bed ga.

Robin Adèr