De mensen van vroeger gingen twee keer per dag naar de kerk. Waarom twee keer? Dat had ermee te maken dat de eerste dienst was om te zingen en de andere was om het woord / de boodschap van God te begrijpen. Dat werd van je verwacht en daarom deed je dat ook. Mensen van die generatie heb ik wel es horen vertellen over die tijd dat ze twee keer per dag naar de kerk gingen. Wat mij opviel in de toon waarop ze dat zeiden: toen was alles nog pais and vree. Ik proefde warmte. Keer op keer betrap ik de generatie van vroeger erop dat ze het hebben over: ‘en wij moesten twee keer per dag naar de kerk. Je wist niet beter. Dat deed je gewoon in die tijd’. Ik vroeg hoe ze het dan met het werk deden. Was het toegestaan dat je het werk verliet om naar de kerk te gaan? Ze vertelden dat het werk niet in het gedrang kwam. Het hele leven was gepland om de bezoektijden van de kerk heen. Het was een centraal punt van de dag.

Hoe die verschuiving langzaam is gaan plaatsvinden, dat mensen van vroeger twee keer per dag naar de kerk gingen naar de mensen van nu die haast helemaal niet meer naar de kerk gaan? Ik sta daar nog steeds van te kijken. Zo centraal als de kerk / het geloof vroeger was, zo is de kerk zowat verdwenen binnen onze gemeenschap. Die verschuiving had te maken met ten eerste de mensen zelf (dat mensen zich niet meer begrepen voelden in de kerk, ze bleven weg en dachten ik kan in God geloven zonder naar de kerk te gaan, die kerk heb ik helemaal niet nodig) en ten tweede met de kerk (de kerk raakte de mensen niet meer, het verloren gaan van de persoonlijke relatie). Niet voor niks sluiten de kerken massaal de deuren. Het is niet meer levensvatbaar.

De dominee die het licht heeft gezien, is met een online kerkdienst begonnen. Dat vind ik briljant dat hij de mensen is gaan analyseren en heeft gezien dat alles in ons functioneren digitaal word. Of je nou mee wilt gaan of niet, je hebt geen keus. Alles word je door de strot geduwd. En daar moet je het mee doen. Best triest voor de oude generatie. Dat is wel de generatie die het land weer heeft opgebouwd en op hun oude dag worden ze gedwongen om te schakelen naar digitaal. Ontredderd zijn de oude mensen die ervoor kiezen om alles nog op de ouderwetse manier te doen door nog naar loketten te lopen en te worden geholpen door personeel. Door de bezuinigingen worden die loketten stuk voor stuk wegbezuinigd. Ik hoorde een bankdirecteur zeggen: dan gaan ze toch een dorp verder. Niet wetende wat voor een lijdensweg het voor die mensen is om daar te komen. Geen vervoer, slecht ter been, oud en hulpeloos. Alles word wegbezuinigd.

Gewetenloos soms. Het doet mij pijn als ik hoor dat oudere mensen in de bejaardenhuizen haast niet meer geholpen kunnen worden met douchen en aankleden. Kinderen van die oude mensen moeten rechtszaken aanspannen om verzorging gedaan te krijgen. Er word uitvoerig gediscussieerd over hoe de overgang van toen naar nu (digitaal en minder budged) kan plaatsvinden. Ik denk, wacht even. De overgang heeft allang plaatsgevonden. Met als resultaat ontredderde ouderen, die diep in hun hart verlangen naar de goeie oude tijd, toen ze twee keer per dag naar de kerk gingen en je meer voor elkaar over had. Het kan wel allemaal digitaal worden maar daarmee wordt het ook allemaal harder en minder warm, afstandelijker. Het contact verdwijnt langzaam.

De digitale overheid had dit moeten incalculeren, want alles is nu wel sneller maar killer geworden. En nu loopt de overheid achter de feiten aan door te gaan repareren en gaat kinderen, familie en vrienden nu opleggen om de zorg voor ouderen op zich te nemen. De samenleving is er niet op ingesteld dat kinderen voor ouders zorgen als ze oud worden. Dat gaat ook niet zomaar gebeuren. Het kost een aantal generaties voordat je dit voor elkaar krijgt. Het is niet iets dat je oplegt maar iets dat je vanuit je hart doet.

Ik kom uit Suriname, daar is de hele samenleving erop ingesteld dat je als vanzelfsprekend voor je ouders zorgt als ze oud zijn. Maar dat is het gevolg van de liefde die je hebt voor je ouders, maar anderzijds ook uit noodzaak (woningtekort, waardoor generaties bij elkaar wonen in één huis). Bovendien is de opvang voor kinderen niet te betalen. Dus zorgen oma’s voor kleinkinderen en groei je op met elkaar. Bejaardenhuizen zijn er haast niet omdat er niet echt behoefte aan is. Je stopt je ouders niet weg. In Sur is de cirkel rond als je later voor je ouders zorgt die immers voorheen voor jou gezorgd hebben.

Er is dus nog een lange weg te gaan in Nederland om die warmte van vroeger terug te krijgen… Digitaliseren mag. Maar rekening houden met de menselijke warmte zodat die niet verloren gaat, moet… Werk voor de de planners om dat mee te nemen bij het digitaliseren / reorganiseren…

Lita Gunther