Het is weer Eurekaweek. Deze Ster staat vol met teksten en plaatjes over studenten, onderwijs en wetenschap. Overal zindert er filosofie doorheen. In het midden van dit nummer van De Ster staat een filosofisch labyrint afgebeeld. Het kunstwerk is in 1995 op mijn verzoek gemaakt door Kees de Vries, destijds verbonden aan de Audiovisuele Studio van de Faculteit Geneeskunde van de EUR.
Ik kende hem al langer. Een jaar of twintig eerder had ik met bioloog en filosoof Douwe Tiemersma (1945-2013), als EUR-medewerker verbonden aan wat toen nog de Centrale InterFaculteit heette, een Interfacultaire Werkgroep Filosofie-Geneeskunde opgericht. Om onze activiteiten bekendheid te geven, wilde ik Kees de Vries vragen een mooi sprekend beeld als logo te maken. Ik had daarvoor zelf al leuke ideeën, en een daarvan was een gestyleerde versie van een exotische, veelarmige godin. Dat leek mij een aardig symbool voor wat wij met onze werkgroep wilden. Het plaatje bij dit stukje is een van de vele beelden die ik in mijn hoofd had. Ik had voor mezelf al beetje getekend wat ik in mijn verbeelding zag, en ging met mijn tekening en mijn verhaal naar Kees de Vries. Die keek en luisterde aandachtig, en antwoordde toen met nadruk beleefd en bedachtzaam: ‘Ik begrijp wat u wilt, maar ik moet zeggen dat wat u zelf getekend heeft mij eerder doet denken aan een uitlopende aardappel’. Ik hóór het hem weer zeggen, terwijl ik dit schrijf. Nimmer eerder of sindsdien heb ik in zó korte tijd zó effectief zó veel geleerd. De wereld van de beelden is essentieel anders dan die van de woorden. In de wereld van de ideeën overlappen die twee elkaar, maar alleen uitzonderlijk geniale mensen bewegen zich in beide werelden effectief [Marten Toonder was zo een geniale figuur].
Exit dus het ontwerp voor een veelarmige godin; Kees de Vries tekende een totaal ander symbool en dat werkte alle jaren van het bestaan van de werkgroep prima.
We gaan terug naar het labyrint uit 1995. Toen gaf ik filosofie aan eerstejaars studenten geneeskunde. Daar werd ik ieder jaar geconfronteerd met het zelfde probleem. ‘Filosofie?!’, reageerden de studenten bij de eerste kennismaking. ‘Dat is toch gewoon vertellen wat je denkt?!’
Nee, dus. Filosofie is iets anders. Maar als student- vriendelijke docent wilde ik de jongelui tegemoetkomen, Ik consulteerde opnieuw Kees de Vries met een idee, en samen bedachten we toen op het filosofisch labyrint. De tekening op de pagina’s 8 en 9 van deze krant is precies dezelfde als die van 1995; de keuze van de vier filosofen die de dolende lezer telkens terugsturen, waren een vrije keuze van de kunstenaar. Allicht is de tekst helemaal veranderd. In de tekst van de eerste versie, die ik met filosoof Hans Koeze had ontworpen, moest de student vanuit het midden zijn weg naar de uitgangen zoeken via allerlei medische dilemma’s die nu dagelijks nieuws zijn in de berichtgeving over de gezondheidszorg. Maar filosofie is en blijft filosofie. De Grote Vragen en ook de eerste antwoorden zijn dezelfde sinds de filosofie begon. Pas als we in de buurt van het hier en nu komen, wordt filosofie ook een beetje iets anders.
Hugo Verbrugh
Trackbacks/Pingbacks